Groep Welterhof
Buurt 4
- Louis Joseph Welter (32), Nederlands-Indië/West-Java, Buitenzorg, 1942-1943, leider Groep Welter, reserve-luitenant cavalerie KNIL, adjunct-referendaris Algemene Secretarie Buitenzorg.
- Geboren 18-10-1910 in Buitenzorg, geëxecuteerd/onthoofd 15-05-1943 in Batavia-Antjol.
- Begraven: Nederlands Ereveld Ancol – Jakarta, verzamelgraf vak III 21/22.
- Onderscheidingen: Bronzen Leeuw, Verzetsherdenkingskruis, Verzetsster Oost-Azië.

Zijn vader Charles Welter diende tot november 1941 in het kabinet-Gerbrandy in ballingschap in Londen als laatste Minister van Koloniën en heeft zich altijd fel gekeerd tegen de onafhankelijkheid van Nederlands-Indië. In diezelfde geest diende zijn jongste zoon Louis in 1942 als reserve-luitenant van de cavalerie in het KNIL.
Louis is begin maart 1942 31 jaar, als hij als commandant van de Stadswacht in zijn geboortestad Buitenzorg (Bogor) zijn manschappen voorbereidt op een felle strijd met de Japanners. Die staan op het punt om West-Java in te nemen. Welters mannen moeten de Japanse opmars richting Batavia in de flank aanvallen en breken. Zo ver komt het niet: tot hun ontzetting horen ze op de radio dat Nederland heeft gecapituleerd. De troepen krijgen het bevel zich bij de vijand te melden om de overgave te regelen. Dat betekent krijgsgevangenschap.
Louis Welter is dat niet van plan: ,,Met grote overredingskracht en na uren praten heeft hij weten te bereiken dat zijn troepen niet in de overvolle gevangenis of kazerne werden opgesloten maar thuis geconsigneerd konden blijven. Welter stond met zijn eigen leven in voor het stipt opvolgen van deze order’’, beschrijft een verslag over het verzet in West-Java het werk van de Groep Welter.
Als de Japanners de teugels iets laten vieren, grijpen Welters mannen hun kans en laten zich op straat zien. Zij weten toegang te krijgen tot het Nederlands-Indische bestuurskantoor in Buitenzorg, waar de als jurist opgeleide Louis werkzaam is als adjunct-referendaris. ,,Men wist wapens te bemachtigen uit het gebouw van de Algemene Secretarie, waarvan een aantal belandde in ons huis’’, schrijft Louis’ vrouw Josine Welter, die in dezelfde periode van hun jongste dochter bevalt.
In de woning aan de Pledang 17 organiseert Welter het prille verzet, beluistert de groep stiekem radio-uitzendingen en krijgen ontsnapte krijgsgevangenen onderdak. Onder hen is Gordon Coates, een rossige Schotse piloot van de Royal Air Force die zich met Australische militairen ophoudt op de Salak-berg bij Buitenzorg. Van daaruit voeren de Australiërs een guerrillastrijd. Met hulp van de arts Olaf Munck helpt de Groep Welter hen aan medicijnen, voedsel en kleding. Na enige tijd trekt Coates in bij de Welters.
Naar Bandoeng
De Groep Welter telt enkele tientallen leden, onder wie veel KNIL’ers, burgerinformanten en talloze Chinezen en Ambonezen, voor wie Japan net zo goed de vijand is. Ze saboteren het spoor en andere objecten.
Louis Welter pendelt geregeld op de fiets tussen Buitenzorg, Bandoeng en Batavia voor overleg met anderen. Als de bezetter doorkrijgt dat het verzet overal standhoudt, kondigen ze op de radio aan om alle Europeanen te interneren of in woonwijken op te sluiten. Het wordt Louis en anderen in Buitenzorg te gevaarlijk, waarop ze besluiten om uit te wijken naar het platteland. ,,Middernacht kwamen we daar aan. We besloten hier de ochtend af te wachten, daar we een moeilijk laatste uurtje hadden, omdat Welter zijn voet verstuikt had onderweg’’, beschrijft sergeant-majoor Stam.
Hoewel hij nog kort terugkeert naar Buitenzorg, verkiest Welter kort daarna om naar het oostelijker gelegen Bandoeng te gaan. Ook Gordon Coates is meegereisd. Van daaruit zetten ze hun verzet voort en zoeken samenwerking bij de Groep de Lange van Kapitein Reinder de Lange (zie Kapitein de Langestraat), die een enorm verzetsnetwerk coördineert.
Ook Josine Welter verruilt het huis aan de Pledang voor een ander adres in Buitenzorg. Als ze doorkrijgt dat de vrouw van de burgemeester haar schaduwt om achter het adres van Louis te komen, vertrekt ook Josine met haar kinderen naar Bandoeng en de villawijk Dennenlust. ’John Smith’ is de buurman, aan wie Josine in opdracht van haar man geregeld berichten geeft. Later blijkt hij in werkelijkheid John Douglas te heten en een voorname geallieerde inlichtingenofficier in Bandoeng te zijn.
Josine reist nog twee keer terug naar Buitenzorg om in het oude huis wapens op te halen, die ze ondanks huiszoekingen verstopt heeft weten te houden. ,,Het is een ervaring waar ik niet gaarne aan terugdenk, omdat ik beide keren op de terugreis in een compartiment met Japanse militairen terechtkwam.’’ Ook Dennenlust blijkt onveilig, waarop de Welters in augustus opnieuw verhuizen naar Tjioemboeloeit ten noorden van Bandoeng. Ze vinden er onderdak bij een vrouw.
Radiozender
Intussen bouwt Louis aan een radiozender, waarmee hij contact hoopt te leggen met Australië. En hij stelt met zijn groep een uitvoerig inlichtingendocument op met economische, politieke en militaire informatie over de situatie op Java. Het bevat uiterste gevoelige details over de Japanse troepensterkte, hun posities en aantallen gestationeerde vliegtuigen.
Het is de bedoeling dat Gordon Coates dit rapport naar Australië smokkelt om daar vertegenwoordigers van de Nederlandse regering te informeren over de steeds slechter wordende situatie op Java en andere gebieden. Nog voordat Coates in november per boot de Javazee wil oversteken, wordt hij gehinderd.
Hij keert terug naar Bandoeng, waar de Kempeitai hem korte tijd later arresteert in het huis van KNIL-kapitein Jim Neumann. De Japanners vinden vijf rapporten en wapens: het betekent een halfjaar later de doodstraf voor Coates.
Opgepakt
Louis Welter zit dan ook al vast. Nog voordat hij zijn radiozender gereed heeft, is de Kempeitai het verzet in Bandoeng op het spoor. De Groep de Lange en Groep Welter krijgen een zware slag te verwerken, als hun leiders in augustus en september worden opgepakt. Reinder de Lange wordt 27 augustus na verraad opgepakt, Louis op 8 september thuis gearresteerd. ,,Het is de laatste keer dat ik hem heb gesproken’’, aldus Josine Welter.
Louis wordt opgesloten in kamp Boekit Doeri, maar hij weet al snel vrij te komen. Het document over de Groep Welter meldt: ,,Hij doorstond de verhoren en mishandelingen echter zo goed, dat men meende in hem niet de juiste man gevat te hebben. (…) Na een verblijf van vier weken op de Kempei had men hem nog steeds geen enkele bekentenis kunnen ontlokken en werd hij opgesloten in een burgerinterneringskamp.’’ Hoewel hij niet de middelen heeft om actief verzet te plegen, weet Welter zijn medegevangenen wel zodanig te stimuleren om het moreel hoog te houden dat ze hem aanwijzen als ’kamercommandant’.”
Enkele maanden lang weet Louis Welter zijn werkelijke identiteit voor de Japanners verborgen te houden, totdat in december 1942 arrestaties in Buitenzorg van andere leden van zijn groep hard bewijs opleveren dat hij de leider is. In januari brengt de Kempeitai hem over naar hun gevangenis in Buitenzorg. ,,Tijdens de verhoren daar werd hij ernstig mishandeld, doch ook dit kon zijn geest niet breken. Ook daar was hij een grote stimulerende invloed voor zijn lotgenoten.’’
Louis wordt overgebracht naar Batavia om voor de Krijgsraad te verschijnen. Zijn zaak is kansloos, weet hijzelf ook, maar ,,tot op het laatste ogenblik heeft hij blijk gegeven van waardigheid, moed en vast vertrouwen in de geallieerde zaak. Zelfs de Japanners hebben zich in diens geest tegenover andere gevangenen uitgelaten’’. Aanvankelijk veroordeelt de Krijgsraad hem tot negentien jaar gevangenisstraf, maar dit wordt omgezet in de doodstaf. Louis Welter wordt op 15 mei 1943 door onthoofding geëxecuteerd in Batavia-Antjol. Op diezelfde plek die nu Ereveld Ancol heet, ligt hij begraven in een verzamelgraf.
Josine Welter-Bijl zet het inlichtingenwerk na de arrestatie van Louis in september ’42 korte tijd voort, maar wordt in juli 1943 ook opgepakt en twee maanden gevangengezet in de Bantjeu-gevangenis in Bandoeng. Na de oorlog verhuist zij naar Den Haag.
Louis Welter wordt in juni 1950 postuum onderscheiden met de Bronzen Leeuw. ,,In het bijzonder door zijn karaktereigenschappen en zijn bijzondere stuwkracht wist hij te bereiken dat de aanvankelijk los van elkaar staande verzetsgroepen onder eenhoofdige leiding kwamen, belangrijke wapendepots op te richten, uitstekende gegevens omtrent sterkten, maatregelen alsmede voornemens van de vijand te verzamelen en deze door middel van eigen zenders, die door hem in de omringende bergen waren geïnstalleerd, naar Australië door te geven.’’Vader Charles Welter, drie keer Minister van Koloniën, sinds 1908 bij elkaar bijna dertig jaar woonachtig geweest in Nederlands- Indië en later Tweede Kamerlid voor zijn eigen Katholieke Nationale Partij, heeft zijn jongste zoon tot eind maart 1972 tot op 91-jarige leeftijd overleefd.





